de Vergeten Olympische Kunstcompetitie

Wat nog maar weinig mensen weten tegenwoordig, is dat tussen 1912 en 1948 kunst een vast onderdeel was van het olympische programma. Beeldhouwers, schilders, componisten en architecten streden als sporters om gouden, zilveren en bronzen medailles. Slechts twee keer ging er een Nederlander met het goud vandoor.

De enige Nederlandse gouden medaille in de categorie schilderkunst werd in 1928 behaald door Isaac Israëls. De kunstschilder won tijdens de Olympische spelen van Amsterdam goud met zijn schilderij van een ruiter. In hetzelfde jaar won architect  Jan Wils de gouden medaille voor architectuur met zijn ontwerp voor het Olympisch stadion. In totaal won Nederland tussen 1912 en 1948, twee keer goud, een keer zilver en drie maal brons.

Walter Winans - An American Trotter
Walter Winans – An American Trotter (Goud 1912)

Olympische gedachte

De kunstcompetitie was een vast onderdeel van het Olympische festival van de oude grieken. Het was daarom een langgekoesterde wens van de oprichter, Pierre de Coubertin, om ook tijdens moderne Olympische spelen om kunstprijzen te strijden. In 1912 bij de spelen van Stockholm was het eindelijk zover: er werden prijzen verdeeld in de categorieën: architectuur, beeldhouwkunst, literatuur, muziek en schilderkunst.

De kunstenaars werden gevraagd om hun werk te maken over sport. In de literatuurcompetitie werd het goud gewonnen door het gedicht ‘Ode aan de Sport’, dat deels in het Frans en deels in het Duits geschreven was. De prijs werd onverwacht niet opgehaald en zeven jaar later bleek waarom: het gedicht was geschreven door Pierre de Coubertin zelf onder een pseudoniem. Zo won de oprichter van de Olympische spelen ook zelf een Olympische medaille. Ook leuk: de Amerikaan Walter Winans won in 1912 de gouden medaille voor beeldhouwkunst en tijdens dezelfde spelen ook zilver bij het sport-onderdeel ‘schieten op een lopend hert’.

Alfred Hensel – het Stadion in Neurenberg (Goud 1928)

Partijdigheid en Nazi-Smetjes

De geschiedenis van de Olympische kunstcompetitie wordt door het IOC graag vergeten en de medailles worden meestal niet meegerekend in de overzichten. Mogelijk komt dit doordat de kunstcompetities niet geheel vrij waren van partijdigheid. De jury voor de competitie werd samengesteld door het organiserende land en dus kwamen de juryleden vaak uit het eigen land. Het organiserende land won daardoor vaak de meeste kunstmedailles: Frankrijk won het medailleklassement in 1924 (Olympische spelen in Parijs), Nederland in 1928 (Amsterdam), Amerika in 1932 (Los Angeles) en Duitsland in 1936 (Berlijn).

Duitsland maakte het in 1936 wel erg bont: in de muziekcompetitie waren 7 van de 9 juryleden Duits. Het was dus niet gek dat er van de 32 medailles 12 naar Duitsland zelf en 11 naar nazi-bondgenoten Italië, Japan en Oostenrijk gingen. Onder de medaillewinnaars waren de beroemde nazi-kunstenaar Arno Breker en de architecten van het Berlijnse Olympische stadion: Werner en Walter March.

Arno Breker - de Tienkamp Atleet
Arno Breker – de Tienkamp Atleet (Zilver 1936)

De kunstcompetitie van 1936 in Berlijn is niet het enige nazi-smetje op het Olympische blazoen. Tijdens de Olympische spelen van 1928 in Amsterdam ging de gouden medaille voor stadsplanning naar het ontwerp het sportpark in Neurenberg, waar door Hitler de grote partijdagen werden georganiseerd ter propaganda van het nazi-regime.

Het einde van de Olympische kunstcompetitie

De laatste editie van de Olympische kunstcompetitie werd gehouden bij de spelen van Londen in 1948. Door het wisselende aantal inzendingen, de partijdigheid van de jury’s en de weinige aandacht voor de kunstwedstrijd bij de organiserende landen, was er al langer discussie over het voortbestaan van de competities. Een excuus om de competitie te staken, werd gevonden in de regels over professionaliteit. Destijds mochten alleen amateursporters meedoen aan de Olympische spelen en werden professionele sporters geweerd. De kunstenaars waren echter vooral mensen die geld verdienden met hun werk. Omdat een financieel motief niet te verenigen was met de Olympische gedachte werd de Olympische kunstcompetitie stop gezet.

Kunstwerken van JR in Rio de Janeiro

Tijdens een vergadering in 1949 besloot het IOC daarom te stoppen met de kunstwedstrijden en voortaan een cultureel programma, met daarin een kunsttentoonstelling, aan de Olympische spelen te verbinden. Zo bleef de Olympische traditie waarbij kunst en sport verbonden waren, toch behouden.

Ook bij de huidige Olympische spelen in Rio de Janeiro is een cultureel programma en zijn verschillende kunstwerken en tentoonstellingen onderdeel van de spelen. Zo maakte de Franse street art kunstenaar JR enkele levensgrote kunstwerken van sporters die in de stad te zien zijn. Een gigantische hoogspringer lijkt over een flatgebouw te springen en een zwemmer duikt de zee in. Maar helaas voor JR, anno 2016 maken de werken geen kans meer op Olympisch eremetaal…

Geef een reactie

Ontdek meer van KunstVensters

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder

Scroll naar boven