Schilderde Judith Leyster in naam van haar man?

Judith Leyster is de belangrijkste vrouwelijke kunstenaar van de Nederlandse Gouden Eeuw. Ze werd opgeleid door Frans Hals en had een succesvol eigen atelier totdat ze trouwde met Jan Miense Molenaer. Maar stopte ze echt met schilderen? Of werkte ze stiekem toch verder?

In 1630 trok Judith naar Haarlem om in de leer te gaan bij de beroemde portretschilder Frans Hals. Leyster had veel talent, want het was niet voor iedereen weggelegd om als leerling aangenomen te worden. In het atelier van Hals ontwikkelde Leyster zich snel. In haar schilderijen is de losse toets van Hals te herkennen. Ze moet op goede voet met Hals hebben gestaan, want ze diende als doopgetuige bij de doop van Hals’ dochter Maria.
Romance
Frans Hals had een groot atelier waar tientallen leerlingen werkten. De portretten van Hals waren populair en zijn grote atelier maakte het mogelijk veel opdrachten tegelijk aan te nemen. Tegelijk met Leyster werkten waarschijnlijk ook Jan Miense Molenaer en Adriaan Brouwer in zijn atelier. Het tweetal specialiseerde zich in genrestukken waarin vrolijke boerderijen en drinkgelagen worden afgebeeld.
Judith Leyster en Miense Molenaer konden het goed met elkaar vinden en werden verliefd. Je ziet hun schilderijen steeds meer naar elkaar toe groeien. Jan Miense Molenaer leerde dankzij Leyster betere portretten te schilderen, terwijl Leyster juist meer genrestuken ging maken.



Sint Lucasgilde
In 1633 begon Judith Leyster haar eigen atelier en werd ze opgenomen in het Haarlemse St Lucasgilde. Dit was erg bijzonder, want op dat moment was er geen andere vrouw in het gilde actief. Soms wordt gespeculeerd dat het zelfportret waar ze met schilderspalet in haar hand op staat, heeft gediend als haar meesterstuk om het gilde te worden toegelaten. Haar nonchalante houding en vrolijke lach geven een beeld van een zelfverzekerde vrouw.
Als onafhankelijke kunstenaar raakte ze in 1635 in conflict met Frans Hals. Ze had een leerling aangenomen, die na korte tijd overliep naar het atelier van Hals. Frans Hals had dit toegestaan. Leyster eiste daarom de betaling van een kwart-jaar lesgeld. Uiteindelijk kreeg ze gelijk en werd 4 gulden betaald. Judith Leyster liet duidelijk niet over zich heen lopen.



Oeuvre
Het oeuvre van Judith Leyster kenmerkt zich door een mix van portretten en genrekunst. Probeerde ze mensen levensecht te portretteren? Of maakte ze schilderijen van algemene ‘types’? Het is tegenwoordig moeilijk te achterhalen. Haar schilderijen combineren de lichtval van Hendrick ter Brugghen, de losse penseelstreek van Frans Hals en de vrolijkheid van Jan Miense Molenaer.
Er zijn grofweg 40 schilderijen bekend die aan Judith Leyster kunnen worden toegeschreven. Vrijwel al deze werken werden gemaakt voor 1636, het jaar dat ze trouwde met Jan Miense Molenaer. Na haar huwelijk stopte ze met haar eigen atelier en regelde ze de zaken voor haar man. Ze deed de boekhouding en hielp hem opdrachten binnen te halen.

Huwelijk
Toch is het de vraag of Judith Leyster helemaal stopte met schilderen na haar huwelijk met Jan Miense Molenaer. Het is bijna niet voor te stellen dat deze talentvolle zelfstandige vrouw geen kwast meer aan zou raken. Meerdere kunsthistorici denken dat Leyster gewoon bleef doorwerken in Miense Molenaer’s atelier.
Hij kreeg bijvoorbeeld de grote opdracht om een groepsportret te maken voor het huwelijk van Willem van Loon en Margaretha Blas. Waarschijnlijk werkte Leyster mee aan de portretten van de huwelijksgasten. Het is tegenwoordig moeilijk te achterhalen aan welke werken Leyster heeft meegewerkt. Maar het is tekenend dat werken tegenwoordig allemaal op naam van Miense Molenaer staan. Met vrouwenemancipatie was het in de 17e eeuw niet zo goed gesteld!
Hallo mijnheer Jeroen de Baaij,
Heel veel dank voor deze mooie en interessante Nieuwsbrief over Judith Leyster.
Grtz
Het klopt niet dat Judith les of iets dergelijks van Van hals kreeg. Het was eerder andersom.
Bron; kunstgeschiedenis. Groet Judith
Dag Judith, ik schrijft een essay over Judith Leyster en ben deze stelling nog niet tegengekomen, zou je misschien je bron willen delen? want ik vind het een interessante opmerking!
Alvast bedankt!
Judith Leyster werd rond 1609 geboren en begon waarschijnlijk al op jonge leeftijd met schilderen, maar het exacte begin van haar carrière als zelfstandig schilder is niet bekend. Echter, een belangrijk moment in haar carrière was in 1633 toen ze werd toegelaten tot het Sint-Lucasgilde in Haarlem. Het Sint-Lucasgilde was een professionele en sociale organisatie voor schilders, en toelating tot dit gilde was een erkenning van haar status als professioneel kunstenaar. Ze was een van de weinige vrouwen die ooit deze eer hebben ontvangen. Het benadrukt het de prestaties van Leyster, die een professionele carrière als schilder opbouwde in een tijd waarin dat uitzonderlijk was voor vrouwen.
Er is geen bewijs dat Frans Hals ooit les kreeg van Judith Leyster. Hals was al een gevestigde meester toen Leyster begon te schilderen, en hij had waarschijnlijk al een aanzienlijke invloed op de schilders van Haarlem voordat zij haar carrière begon. Frans Hals, geboren rond 1582, begon zijn carrière in Haarlem en werd decennia voor Leyster – in 1610 – lid van hetzelfde Sint-Lucasgilde, wat betekent dat hij toen al als zelfstandig meesterschilder werkte.
Judith Leyster lijkt sterk beïnvloed door haar plaatsgenoot en zeer bekende Frans Hals. Hoewel het niet duidelijk gedocumenteerd is dat zij een formele leerling van hem was, wijst de sterke stilistische overeenkomst tussen hun werken op een aanzienlijke invloed. Hun gebruik van levendige, losse penseelstreken en levendige, realistische portrettering van alledaagse mensen toont duidelijk parallellen.