Maria Sibylla Merian combineerde wetenschap en kunst

Maria Sibylla Merian reisde naar Suriname om prenten te maken van planten en insecten. Haar schilderingen waren voor Europese wetenschappers een belangrijke bron over de natuur van Zuid-Amerika. Hoe kwam Merian in de Nederlandse kolonie terecht?

Al op jonge leeftijd was Maria Sibylla Merian gefascineerd door de natuur. Ze hield een dagboek bij waarin ze schreef over haar pogingen om zijdevlinders te groeien. Haar moeder was na de dood van Maria’s vader hertrouwd met de bloemenschilder Jacob Marrel. Ook hij was geïnteresseerd in insecten, die hij vaak tussen zijn bloemen schilderde ter verlevendiging.

Natuurstudie

In navolging van haar stiefvader publiceerde Merian tussen 1675 en 1680 drie boeken met schilderingen van bloemen. De platen waren populair bij rijke dames, die de bloemen als voorbeeld gebruikten voor borduurwerk. Natuurlijk schilderde ook Merian op vrijwel iedere prent insecten.

Al snel volgde Merian’s eerste insectenboek. Ze liet in haar prenten de levenscyclus van insecten zien, van larve tot pop tot imago (volwassen insect). Ze brak hiermee met de heersende gedachte dat insecten ‘spontaan ontstonden’ uit de aarde. Haar prenten toonden de metamorfose van de vlinders, krekels en sprinkhanen.

Door insecten goed te bestuderen zag ze ook dat soms geen vlinder uit de pop kwam, maar een zwerm vliegen. Ze noemde dit ‘false changes’. Zonder het te weten, was ze zo de eerste die parasitisme onder insecten beschreef. Een vlieg heeft dan eitjes gelegd op de pop van de vlinder. Vervolgens vreten de maden van de vlieg zich naar binnen.

Ongelukkig huwelijk

Merian had een ongelukkig huwelijk met Johann Andreas Graff, een van de leerlingen van haar stiefvader. Ze verhuisde daarom met haar moeder van Duitsland naar Friesland. Hier maakte ze voor het eerst kennis met vlinders uit Suriname, die door de West-Indische Compagnie (WIC) naar Nederland kwamen. Ze ontdekte zo dat er insecten waren in een wereld die ze niet kende.

Na de scheiding van haar man Johann, startte Merian een eigen atelier in Amsterdam. Ze maakte hier kennis met elite van de stad. De grote botanische collecties van Frederik Ruysch en andere Amsterdammers inspireerden haar bij het maken van prenten.

Reis naar Suriname

In 1699 besloot ze samen met haar dochter Dorothea op reis te gaan naar Suriname om nieuwe vlinders en insecten te beschrijven in de kolonie. In Suriname maakte Merian gebruik van de kennis en kunde van tot slaaf gemaakte Surinamers op de plantage.

Ze schreef over haar ontmoetingen met de lokale bevolking: “De Indianen, die niet goed worden behandeld door hun Nederlandse meesters, gebruiken de zaden om hun kinderen te aborteren, zodat ze geen slaven worden zoals zijzelf… Sterker nog, ze maken soms een einde aan hun leven omdat ze zo slecht worden behandeld, en omdat ze geloven dat ze opnieuw geboren zullen worden, vrij zullen zijn en in hun eigen land zullen leven. Dit hebben ze mij zelf verteld.”

Linnaeus

Bij terugkomst in Amsterdam publiceerde ze het Surinaame insectenboek “Metamorphosis Insectorum Surinamensium”. Veel insecten uit Suriname zijn door Merian voor het eerst beschreven in de Westerse wereld. Merian’s tekeningen zijn zo niet alleen kleine kunstwerken, maar ook wetenschappelijk zeer interessant.

De Zweedse natuuronderzoeker Carolus Linnaeus gebruikte het werk van Maria Sibylla Merian om verschillende Surinaamse soorten te classificeren. Linnaeus benoemde meer dan 12.000 plant- en diersoorten in zijn boek “Systema Naturae“. Bij de druk van het boek Linnaeus zijn vaak prenten van Merian gebruikt. De kunst van Merian had zo zelfs invloed op de wetenschap in de 18e eeuw!

Jeroen de Baaij

Jeroen de Baaij (1987) is kunstliefhebber, recensent en hoofdredacteur van KunstVensters online kunstmagazine (www.kunstvensters.com).

Dit vind je misschien ook leuk...

1 reactie

  1. Tinie Nobel schreef:

    Heel mooi.
    Er is momenteel in het Westlands Museum in Honselersdijk een tentoonstelling van een hedendaagse kunstenares met botanische tekeningen van bloemen en planten.: Anita Walsmit Sachs. Haar werk is overal in de wereld te zien. Heel bijzonder omdat er tegenwoordig niet zo veel botanische tekenaars zijn.
    Expo is t/m 7 januari 2024

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: