Canon van de Nederlandse Kunst

Sara en Cornelis Troost: Toneel op het doek

Cornelis Troost verruilde zijn acteursloopbaan voor een leven als kunstschilder. Zijn liefde voor het toneel leefde voort in zijn vrolijke schilderijen van kluchten. Zijn dochter Sara Troost nam het atelier over na zijn dood. Samen domineerden ze de Nederlandse kunst van de 18 eeuw.

Boerendochter Swaantje was onbedoeld zwanger geraakt van jonker Jan, de zoon van de heer van Puyterveen. Maar de heer wilde niet dat zijn zoon met een boerenmeisje trouwde. Dus werd Fobert, de zoon van een veenboer, de schuld in de schoenen geschoven. Aangezien Fobert’s vader niet instemde met een huwelijk, werd Fobert voor het gerecht gedaagd.

Het is het verhaal van de klucht ‘Beslike Swaantje en drooge Fobert; of de boere rechtbank’, geschreven door Abraham Alewijn in 1715. Cornelis Troost schilderde tweemaal de sleutelscène in de rechtbank: het pleidooi van de advocaat die is omgekocht door de heer van Puyterveen.

Cornelis Troost – Beslike Swaantje en drooge Fobert

Toneel

Cornelis Troost werkte van 1719 tot 1724 als acteur in de Amsterdamse schouwburg. Troost kwam uit een acteursfamilie, want ook zijn moeder en zijn vrouw werkten als actrices. Troost speelde met name bijrollen in kluchten en treurspelen en richtte zich later steeds meer op de schilderkunst. Na een leertijd bij portretschilder Arnold Boonen, ontwikkelde Troost zijn eigen klantenkring voor portretten van de rijke burgerij.

Maar het liefst schilderde hij humoristische schilderijen van kluchten. Naast twee werken over Swaantje en Fobert, tekende hij bijvoorbeeld een scène uit de Wiskunstenaars in pastel. Het werk toont een dispuut tussen twee geleerden over de draaiing van de aarde om de zon, uitgebeeld met etenswaren op de vloer.

17e vs 18e eeuwse kunst

In tegenstelling tot de Nederlandse kunst uit de Gouden Eeuw, is de kunst uit de 18e eeuw weinig populair. Nederlandse kunstenaars uit de 18e eeuw waren navolgers in plaats van vernieuwers. Zo werkte Cornelis Troost regelmatig met pastelkrijt, een vernieuwing uit Frankrijk. Ook wordt toneelwerk vaak vergeleken met de Engelse kunstenaar William Hogarth en de Fransman Jean Antoine Watteau.

Uit de portretten van Troost spreekt het wereldbeeld van de 18e eeuw. De nieuwe intellectuelen lieten zich graag schilderen. Statige mannen in luxe kleding en witte gepoederde pruiken. Boeken, orientaalse beeldjes en muziekinstrumenten tonen de invloed van de verlichting. Kennis en wetenschap zorgden voor aanzien.

Sara Troost

In het atelier van Cornelis Troost groeide ook zijn dochter Sara uit tot kunstenaar. Na zijn vroeg dood in 1750 nam ze het atelier van haar vader over. In tegenstelling tot de statige portretten van Cornelis, zijn de waterverfportretten en pastelwerken van Sara onschuldig en lieflijk.

Haar klantenkring vond ze bij de gegoede burgerij. Vooral haar portretten van kinderen waren geliefd. De onschuldige gezichtjes boven de luxe kleding geven een grappig contrast. Alsof je naar kinderen in een apenpakje kijkt.

Tijdgenoten

Naast originele portretten kopieerde Sara ook schilderijen van haar vader. De beroemde NELRI serie, waarin Cornelis Troost in vijf schilderijen het verloop van een dronken avond liet zien, bracht ze uit in oplage. Het zijn geestige portretten waarin statige heren uit de band springen.

De speelse werken van Cornelis en Sara Troost steken zo af tegen tijdgenoten als Nicolaas Verkolje en Tibout Regters. Hun werk volgt meer het Franse classicisme en is serieuzer van aard.

Meer uit de Canon van de Nederlandse kunst:

1 reactie op “Sara en Cornelis Troost: Toneel op het doek

  1. Willy Atema

    Mooi, de dandy’s met niet alleen hun bepoederde pruiken maar ook hun idem schouders! Tja, mode, je kunt (en wilt) er ook als geleerde meneer niet aan ontsnappen ;-)?

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: