Canon van de Nederlandse Kunst

Jan Sluijters: Kleurrijke modernist altijd op zoek naar het nieuwe!

Jan Sluijters introduceerde het modernisme in Nederland. Sluijters toont de wereld in felle kleuren. Maar zijn vernieuwingen vielen niet altijd in goede aarde bij academici en kunstcritici.

Jan Sluijters vond zichzelf geen natuurtalent. Hij zei: “Ik werk den geheelen dag en ’s middags ga ik naar Arti, biljarten. Ik ben onder mijn collega’s een echte kruidenier, helemaal niet artistiek”. Hij moest het hebben van hard werk en veel uitproberen om uit eindelijk tot een resultaat te komen. Sluijters maakte in zijn carrière zo’n 1500 schilderijen, altijd op zoek naar verbetering.

Prix de Rome

De loopbaan van Jan Sluijters ging voortvarend van start toen hij in 1905 de prestigieuze Prix de Rome won. Het stipendium liet hem toe om de klassieke meesters in Italië en Spanje te gaan bestuderen. Maar Jan Sluijters ging liever naar de modernisten in Parijs.

Zijn schilderijen tonen het uitbundige nachtleven van de Franse hoofdstad. Verlicht door gaslampen toont hij dansende mensen en vrouwen van lichte zeden in felle kleuren. De commissie was ontstemd toen ze de werken zagen die hij in Parijs had gemaakt. Ze zagen liever een klassieke academische stijl en besloten daarom de prijs in the trekken.

Luminisme

Maar Jan Sluijter zette zijn vernieuwende stijl door en was rond 1910 de meest vooruitstrevende modernist van Nederland. Samen met Piet Mondriaan en Leo Gestel ontwikkelde hij het luminisme. Deze stijl is te omschrijven als een mix tussen de felle primaire kleuren van het fauvisme en de streperige penseelstreek van Vincent van Gogh.

Sluijters’ luministische werken waren het meest expressief. Hij werkte meer intuïtief dan de theoretische Mondriaan en de bravere Gestel. Sluijters kreeg daarom de meeste hoon van critici over zich heen. Sluijters verdedigde zich in pamfletten en nam het op voor andere modernisten zoals Kees van Dongen.

Modernist

In zijn schildersloopbaan probeerde Sluijters talloze stijlen uit. Van post-impressionisme tot fauvisme, van luminisme tot magisch realisme, iedere paar jaar wisselde Sluijters van stijl. Het doet denken aan Georges Braque, die in zijn carrière ook steeds wisselde tussen fauvisme, kubisme en expressionisme. Sluijters zei hier zelf over: “Stel dat ik een groot picturaal talent heb, ik zou wel gek zijn om het op te offeren aan een bepaalde theorie.”

Sluijters was een zwoegende ploeteraar, die steeds nieuwe kunststijlen uitprobeerde. Vaak maakte hij meerdere versies van een zelfde schilderij, om verschillende ideeën uit te werken. Soms maakte hij minimale veranderingen, maar vaak ontstond een heel ander doek.

Realisme

In tegenstelling tot Piet Mondriaan en andere modernisten werkte Jan Sluijters nooit abstract. Zijn modernisme was vernieuwend in kleur en in compositie, maar bleef altijd realistisch. “Een ding heb ik nooit kunnen missen: het contact met de natuur, met de herkenbare, natuurlijke vorm.”

Misschien wel doordat hij de stap naar abstractie nooit heeft gemaakt, heeft Sluijters buiten Nederland weinig bekendheid verworven. Maar binnen Nederland groeide hij uit tot meest succesvolle kunstenaar van zijn generatie, met grote overzichtstentoonstellingen in het Stedelijk Museum en koninklijke onderscheidingen. In 1934 zat hij zelfs in de jury van de Prix de Rome, dertig jaar nadat de prijs hem zelf was afgenomen!

Meer uit de Canon van de Nederlandse kunst:

0 reacties op “Jan Sluijters: Kleurrijke modernist altijd op zoek naar het nieuwe!

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: