Eadweard Muybridge ontrafelde het mysterie van het paard in galop

Komt een paard in galop met vier benen tegelijk van de grond? Eind 19e eeuw zorgde deze vraag voor discussie onder paardenliefhebbers. Ook kunstenaars wisten niet goed hoe ze een galopperend paard moesten schilderen. Pionier Eadweard Muybridge loste het mysterie op met een innovatief systeem om bewegende dieren te fotograferen!

In 1859 opende vlakbij Parijs de paardenrenbaan van Longchamp. De Parijse bourgeoisie kwam hier samen om naar de races te kijken en om geld in te zetten op de winnaar. Ook de kunstschilders uit een beter milieu zoals Edouard Manet en Edgar Degas kwamen naar Longchamp om de paarden te schilderen.

Schilderijen van Longchamp

Van Edouard Manet zijn twee schilderijen bekend waarop de paardenrenbaan van Longchamp te zien is. Hij schilderde de paarden in galop van voren, terwijl tussen de benen het stof opstuift. Langs de kant staan de rijke Parijzenaars met hoeden en parasolletjes. Hij vervaagde de omgeving een beetje om de snelheid van de paarden te benadrukken.

Manet wist niet goed hoe een paard in galop bewoog en het was moeilijk om dit goed waar te nemen van de kant. Voor een tweede schilderij kopieerde hij daarom de paarden uit een schilderij uit Louvre van Géricault. Manet zei hierover Berthe Morisot: ‘omdat ik niet de gewoonte had om paarden te schilderen, kopieerde ik mijn paarden van degenen die het beste weten hoe ze ze moeten doen.’

Hoe beweegt een paard in galop?

Ook de rijke Amerikaan Leland Stanford, oprichter van Stanford University, was geïnteresseerd in de beweging van paarden. Hij bezat een grote ranch met paarden en wilde weten hoe hij ze beter kon laten bewegen. Zijn belangrijkste vraag was of paarden in galop met alle vier de benen loskwamen van de grond. Specialisten waren het oneens over dit onderwerp en daarom gaf Stanford de opdracht aan Muybridge dit te onderzoeken met fotografie.

Muybridge deed een eerste poging in 1873, waarbij hij een paard liet rennen voor een achtergrond van witte doeken. Maar de foto was erg bewogen en de benen waren niet goed zichtbaar. Pas in 1877 lukte het hem voor het eerst om een duidelijke foto te maken van een galopperend paard. Hij ontwierp hiervoor een systeem met mechanische sluiters, waarbij de lens met een duizendste van een seconde kon dichtklikken.

Animals in Motion

De paardenfoto uit 1877 toonde een galopperend paard met 4 benen van de grond. Hoewel verschillende kunstenaars paarden in galop zwevend hadden weergegeven, was de foto van Muybridge verrassend. De benen van een paard waren in de zwevende fase niet naar buiten gericht, maar kwamen juist samen onder het lichaam van het paard.

Ondanks dat hij hiermee zijn antwoord had gekregen en de foto meteen in kranten gepubliceerd werd, was Eadweard Muybridge nog steeds ontevreden. Met een losse foto was de beweging van een paard nog steeds niet goed te zien. Hij maakte daarom een opstelling van 24 camera’s op een rijtje, die geactiveerd werden door met touwtjes verbonden mechanistische sluiters.

Hij kon zo een reeks van 24 kort achter elkaar genomen foto’s van een paard maken om de beweging zichtbaar te maken. De opname was een groot succes en in de jaren erna maakte hij daarom dierenbewegingsstudies van tientallen soorten. Hij publiceerde zijn foto’s in het boek “Animal Locomation: an Electro-Photographic Investigation of Connective Phases of Animal Movements“. Later maakte hij een vergelijkbaar boek over de menselijke bewegingen.

Inspiratie voor kunstenaars

De bewegingsstudies waren een enorme bron van inspiratie voor kunstschilders en beeldhouwers. Edgar Degas had eerder in Longchamp schilderijen gemaakt van de Jockeys op het oefenterrein en zich niet aan de galopperende paarden gewaagd. Maar met de hulp van de foto’s van Eadweard Muybridge werd het mogelijk om de verschillende momenten van een beweging vast te leggen.

Degas maakte rond 1881 daarom tientallen kleimodellen van galopperende paarden. De beelden waren bedoeld als studiemateriaal voor hemzelf. Pas na zijn dood werden de beelden door zijn nabestaanden omgezet in brons en in edities van 22 stuks verkocht. Veel van deze beelden zijn tegenwoordig in museumcollecties terechtgekomen. Zo heeft Boijmans bijvoorbeeld een stilstaand paard van Degas.

Nu het vraagstuk van de galopperende paarden was opgelost, verloren veel kunstenaars de interesse in galopperende paarden. Kunstenaars schilderden rond 1900 liever het publiek. In zijn eerste jaren in Parijs maakte Picasso een schilderij van Longchamp. Het is een vroeg impressionistische werk, jaren voordat het kubisme werd uitgevonden. Longchamp en de paardenrennen bleven zo een favoriet onderwerp voor schilderijen.

Jeroen de Baaij

Jeroen de Baaij (1987) is kunstliefhebber, recensent en hoofdredacteur van KunstVensters online kunstmagazine (www.kunstvensters.com).

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: