Kunst was eeuwenlang alleen toegankelijk voor een beperkte groep rijken zoals koningen en hertogen. Minderbedeelden zagen alleen kunst in de kerk, waar religieuze taferelen hingen om de Bijbelse verhalen te laten zien aan ongeletterden. Maar dankzij de uitvinding van de boekdrukkunst werd kunst in 1500 opeens bereikbaar voor een grote groep mensen. Wie was de eerste massaproducent van kunst?
In de 15e eeuw was Florence het middelpunt van de kunstwereld. Nergens in Europa werd zoveel geëxperimenteerd met perspectief, schildertechnieken en composities. In Florence opgeleide kunstenaars waren geliefd en vonden ook buiten Florence nieuwe opdrachtgevers. Uit heel Europa reisden nieuwsgierige kunstenaars daarom naar Italië om de nieuwe kunst te leren kennen. Één van deze kunstschilders was de jonge Albrecht Dürer.
Druk-kunst
Dürer was 23 jaar toen hij naar Venetië, Mantua en Padua reisde, waar hij waarschijnlijk Lorenzo di Credi en Andrea Mantegna leerde kennen. Dürer laafde zich aan de Renaissance-kunst van Italië en oefende door hun werken te kopiëren. Hij maakte hier vrienden voor het leven en leerde te werken met dynamische composities en levensecht perspectief. Na twee jaar keerde hij terug naar Nürnberg.
In Duitsland was door Gutenberg rond 1455 de boekdrukkunst geïntroduceerd. Overal in Duitsland, ook in Nürnberg, ontstonden plaatselijke drukkerijen waar met de nieuwe techniek werd geëxperimenteerd. De traditie van boekversieringen zoals de rijk verluchte Bijbels en gebedenboeken uit de Middeleeuwen was een inspiratie voor de boekdrukkunst.




Apocalyps
Albrecht Dürer zag in de nieuwe boekdrukkunst een fantastische mogelijkheid om kunst te maken. Gesterkt door zijn ervaringen in Italië, ontwierp hij daarom een serie van 15 houtgravures over de Apocalyps, zoals beschreven in het bijbelboek de Openbaring van Johannes. In dit vernieuwende werk waren de tekeningen belangrijker dan de tekst, die op de achterkant van de tekeningen werd gedrukt.
De serie van houtgravures had meteen een enorm succes, vooral de tekening met de vier ruiters van de apocalyps. Vanwege de mogelijkheden van de drukkunst werden de houtgravures bovendien meteen in grote oplage verspreid over heel Europa. Dürer’s werk kwam hierdoor terecht over het hele continent en was het eerste massa-geproduceerde kunstwerk. Al snel maakte Dürer ook series over het leven van Maria en het Lijdensverhaal van Christus.

Geloofsoorlog
Ten tijde van het succes van de houtgravures van Albrecht Dürer brak in Europa een gigantisch geloofsconflict uit. Onder leiding van Maarten Luther en Johannes Calvijn werden nieuwe kerken gesticht die zich afzetten tegen de katholieke kerk. Luther en Calvijn verzetten zich tegen de corruptie van de kerk, de verkoop van aflaten en de heiligen-verering. Een belangrijk kritiekpunt was bovendien de vele religieuze kunst. Luther en Calvijn waren bang dat mensen meer de kunst zouden aanbidden, dan het achterliggende geloof.
Hierdoor brak er een moeilijke tijd aan voor de kunstenaars in het protestante Duitsland, die lange tijd in de kerk een belangrijke opdrachtgever hadden gevonden. Kunstenaar Lucas Cranach sloot zich daarom aan bij Maarten Luther en ging illustraties maken voor zijn teksten. Opnieuw waren houtgravures een belangrijk middel. Beroemd is Cranach’s reeks van spotprenten over de paus.






Portretten
Door het wegvallen van de katholieke kerk werden koningen, edellieden en andere rijkelui de belangrijkste opdrachtgevers in Duitsland. Hierdoor ontstond er een rijke traditie van portretkunst, die opvallend veel realistischer was dan het werk van hun Italiaanse tijdgenoten. De ideale wereld van de Italiaanse Renaissance maakte plaats voor de Duitse harde werkelijkheid.
Koningen en keizers huurden Duitse portretschilders in om hun macht vastleggen voor het nageslacht. Zo werd Hans Holbein door Henry VIII naar Engeland gehaald als hofschilder en kreegAlbrecht Dürer opdrachten van de heilige Roomse keizer Maximiliaan I. Luther zag ook de kracht van de portretkunst en liet zijn portret meerdere malen schilderen door Lucas Cranach. De schilderijen van Cranach hadden hierdoor een belangrijke rol in de verspreiding van het protestantisme.

Ook de prentkunst van Dürer en Cranach zou in Duitsland veel navolging krijgen. In Nürnberg was een groep printmakers actief die we nu kennen als “Kleinmeister”. Deze groep kunstenaars maakte vooral gravures van scenes uit het oude testament of mythologie, maar waagde zich soms ook aan erotische taferelen of afbeeldingen van het dagelijks leven. Juist deze taferelen maakten de printmakers populair bij het grote publiek. Zo was de kunst niet alleen in uitvoering, maar ook in onderwerp voor de massa!