For the love of god; it’s all about the money

Staat u ook weleens in een museum voor een wereldberoemd kunstwerk en denkt u bij uzelf: Waarom is nou juist dit kunstwerk zo bijzonder? KunstVensters gaat op onderzoek uit naar de oorsprong van de faam van enkele van de meest beroemde kunstwerken ter wereld. Vandaag het zesde deel uit de serie: For the love of god van Damien Hirst.

In een tijd van bling-bling en rappers met diamanten en gouden kettingen, zou je natuurlijk kunnen beweren dat Damien Hirst gewoon aansloot bij de tijdsgeest door in 2007 een diamanten schedel te maken. Dure kunst critici zullen misschien verwijzen naar de kunstgeschiedenis waaraan talloze afbeeldingen en beelden van schedels zijn gemaakt als verwijzing naar de sterfelijkheid van de mens. je zou het werk dan kunnen lezen als een boodschap. Hoe rijk je ook bent tijdens je leven, je kunt je niet vrijkopen van de dood. Maar is dat nu echt waarom ‘For the love of god’ zo beroemd is geworden? Waarschijnlijk niet….

De Kunst van het Provoceren

Al vanaf de eerste onthulling van het werk is Damien Hirst begonnen met een lange reeks van provocaties richting de gevestigde kunstorde en het publiek. Voor veel mensen zal het werk op zich al een provocatie zijn. Het beplakken van een schedel met meer dan 8.500 diamantjes is al zo’n teken van decadentie, dat het meer om de waarde dan om het kunstwerk zelf gaat. Door het werk dan ook nog eens ‘for the love of god’ te noemen, indirect implicerend dat god’s liefde te koop is, is de volgende provocatie een feit.  Maar Hirst gaat verder, in zijn uitleg bij de schedel stelt hij dat consumeren het ultieme symbool is dat de mens de natuur en de dood heeft verslagen. Een uiterst kapitalistische gedachte die recht tegenover de klassieke leer staat waarin cultuur, vrijheid en eigen wil worden gezien als hetgeen de mens boven de natuur (dieren, planten) plaatst.

Wachtrij in het Rijksmuseum – Foto: Monique van Dusseldorp

Maar de grootste provocaties lagen misschien wel in de waarde van het werk en de plaats van tentoonstelling. De kosten van het maken van de diamantenschedel bedroegen namelijk 14 miljoen pond en daarmee is de schedel het duurste kunstwerk ooit gefabriceerd. Hirst claimde vervolgens dat het werk voor 50 miljoen pond verkocht zou zijn aan een groep investeerders. Een bewering die nog altijd niet bevestigd is en hoogstens twijfelachtig is. Mocht het werk inderdaad verkocht zijn voor 50 miljoen pond of meer dan is ‘For the love of god’ het duurste werk van een nog levende kunstenaar. Hirst presenteerde het werk dan ook als een van de grootste kunstwerken van deze tijd. Hij koos er dan ook specifiek voor om het kunstwerk te presenteren tussen de grootste kunstwerken van oude tijden. ‘For the love of god’ werd dan ook tentoongesteld in het Rijksmuseum in Amsterdam en het Palazzo Vecchio in Florence. Pas afgelopen jaar werd het werk voor het eerst getoond in een museum voor hedendaagse kunst, namelijk de Tate Modern in Londen.

Geld

Maar de belangrijkste reden waarom ‘For the love of god’ zoveel aandacht heeft gekregen is misschien wel de provocatie naar de hedendaagse kunsthandel. Kunst heeft niet alleen een culturele en esthetische waarde, maar wordt ook steeds belangrijker als investering of handelsobject. Talloze mensen en bedrijven speculeren op de waarde van artiesten door werk te kopen en voor hogere prijzen te verkopen. Met name kunst van hedendaagse kunstenaars met een duidelijk signatuur en een redelijke faam zijn geliefde investeringen. De kunsthandelaren en veilinghuizen werken aan deze piramide praktijken mee door bepaalde kunstenaars te promoten en door kunstmatig schaarste te creëren om zo de prijzen te verhogen.

Damien Hirst is een van de kunstenaars die veel gekocht wordt als investering. Hirst weet dat machtige kunsthandelaren zoals Larry Gagosian en Charles Saatchi er een groot belang bij hebben dat zijn werk voor hoge prijzen wordt verkocht. Het is een bekend gerucht in de kunstwereld dat mensen die voor Gagosian werken op veilingen meebieden op het werk van Hirst om zo de prijs te verhogen. Gagosian koopt zo zelfs werk van Hirst op als de prijs op de veilingen dreigt tegen te vallen. Als je ‘For the love of god’ in dit licht bekijkt, wordt het werk opeens een heel cynisch commentaar op de kunsthandel. Hirst weet dat het niet uitmaakt wat hij produceert, zolang het maar veel geld oplevert. Het is dan wel extra ironisch dat het werk nog altijd niet verkocht is.

Eugenio Merino – 4 the love of god

Commentaar

Het werk van Hirst heeft door de talloze provocaties veel commentaar opgeroepen. Zo maakte kunstenaar Laura Keeble een replica van het werk van Svarovski crystallen en plaatste deze kopie tussen het vuilnis bij kunstgalerie White Cube. White Cube is de galerie waar het origineel te koop werd aangeboden voor 50 miljoen pond. Maar het meest bekende commentaar is waarschijnlijk het beeld ‘4 the love of god’ dat Spaanse kunstenaar Eugenio Merino maakte. Het beeld toont Damien Hirst die zichzelf in zijn hoofd schiet, terwijl hij een shirt met een afbeelding van de diamenten schedel draagt. Merino verklaarde: ‘Aangezien Hirst zich nogal druk maakt om de waarde van zijn werk, kan hij zich beter een kogel door de kop jagen. Dit zal de waarde van zijn werk aanzienlijk doen stijgen.’

Alles bij elkaar heeft het werk genoeg discussie opgeleverd om het beeld een wereldfaam te bezorgen. Het enige wat nu nog ontbreekt, is dat het werk wordt opgenomen in een grote museum collectie. Met de juiste marketing kan het werk uitgroeien tot een van de beroemdste werken van de hedendaagse kunst. Maar ja, met de huidige waarde van het werk en de potentie dat het heeft als handelsobject, is het niet waarschijnlijk dat het beeld snel in een museumcollectie zal opduiken.

Meer wereldberoemde kunstwerken:

1 gedachte over “For the love of god; it’s all about the money”

Geef een reactie

Ontdek meer van KunstVensters

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder

Scroll naar boven