Naar Rome en verder, Rafael in Haarlem en Parijs

Nadat vorig jaar in London de kunstwereld werd verwend met een overweldigende expositie met schilderijen van Leonardo da Vinci, lijkt 2012 het jaar te zijn van Rafael. In grote tentoonstellingen in Madrid, Parijs en Haarlem maken we opnieuw kennis met het werk van deze renaissance meester. Nog t/m begin januari: Naar Rome en verder, Rafael’s latere werk…

Rafael - de Heilige Familie met Johannes de Doper
Rafael – de Heilige Familie met Johannes de Doper

Stel je voor, je bent een jonge kunstschilder en je leeft in het jaar 1504 in Florence. Deze Italiaanse stadstaat is in die tijd het strijdtoneel van rijke burgers en families die vechten om de macht. Tegelijkertijd is de stad bevolkt met kunstschilders en beeldhouwers die op zoek zijn naar eeuwige roem. In 1504 zijn niet de minsten in Florence aan het werk. Leonardo da Vinci en Michelangelo werken er aan een fresco in het stadhuis en dienen de belangrijkste families van de stad, de Borgias en de Medicis.

Toch is Rafael juist in 1504 naar Florence afgereisd waar dus een moordende concurrentie heerste. Rafael was 21 jaar en had enkele jaren in het atelier van Perugino gewerkt. Eenmaal in Florence kwam hij erachter dat de technieken die hij geleerd had niet modern genoeg waren in vergelijking met het werk van de nieuwe Renaissance helden Da Vinci en Michelangelo. Maar door goed te studeren en veel te oefenen zorgt Rafael dat hij beter wordt.

Rafael - Madonna met de Granaatappel
Rafael – Madonna met de Granaatappel

Tekeningen van Rafael in Haarlem
Het is juist dit proces dat goed te zien is bij de tentoonstelling Rafael in Haarlem. In het Teylers museum zijn van Rafael ruim 30 tekeningen te zien uit eigen collectie of uit de collectie van het Albertinum in Wenen. De werken op papier geven een overzicht van zijn hele carrière en worden gecombineerd met schetsen die gemaakt zijn door leerlingen van Rafael.

Uit 1504 hangt er bijvoorbeeld een tekening van een Maria met kind waarin goed te zien is dat Rafael constant leerde. Het gezicht van Maria is nog heel simpel en volgens de stijl van Perugino, maar de kleren die ze aanheeft tonen een betere dieptewerking die duidelijk geïnspireerd is op werk van Michelangelo.  In de loop van de tentoonstelling in Haarlem zie je de figuren steeds levensechter worden door fijne details en de subtiele diepte die Rafael in zijn werken weet te leggen.

In het Florence van rond 1506 begint Rafael dan ook al een flinke naam op te bouwen met zijn prachtige madonna’s. De rijke burgers beginnen werken van hem te kopen en zijn naam wordt bekend bij de machtige families. Zijn populariteit stijgt in grote mate en reikt zelfs tot aan Rome. In 1508 wordt hij dan ook naar het Vaticaan geroepen door De Rovere Paus Julius II om de pauselijke appartementen te decoreren.

Ook uit deze tijd heeft het Teylers museum een aantal prachtige tekeningen. Om goed te tonen dat de tekeningen voorbereidingen waren voor de enorme fresco’s die Rafael in Rome maakte, heeft het museum grote kleurenafbeeldingen van de fresco’s op de muren laten plakken. Hierdoor kan je de tekeningen fantastisch vergelijken met het eindresultaat. Je ziet hierdoor hij Rafael heeft zitten testen en aanpassen totdat hij het ideale plaatje had.

Rafael - Zelfportret met Giulio Romano
Rafael – Zelfportret met Giulio Romano

Rafael’s latere jaren te zien in Parijs
Rafael zou vanaf 1508 tot aan zien vroege dood in 1520 in Rome verblijven en werken voor meerdere pausen. De tentoonstelling die tot aan half januari in het Louvre te zien is, focust op deze Romeinse tijd van de kunstenaar. De tentoonstelling is in samenwerking met het Prado in Madrid (daar eerder dit jaar te zien geweest) en toont de veelzijdigheid van Rafael.

Zo zien we ook in deze tentoonstelling veel tekeningen van Rafael en zijn leerlingen, maar in het Louvre worden ze veelal gecombineerd met de schilderijen waar ze voor gemaakt zien. Hierdoor zie je meteen de verschillen tussen de voorbereiding en het definitieve werk. Ook hangen er in het Louvre wandtapijten die gemaakt zijn op basis van ontwerpen van Rafael. In een apart stuk van de tentoonstelling zien we bovendien reproducties van zijn beroemde fresco’s in Rome gecombineerd met uitgebreide voorbereidende tekeningen. Je ziet hier dat Teylers en Louvre tegen hetzelfde probleem aanlopen. Ze hebben prachtige tekeningen van fresco’s, maar de fresco’s zelf kunnen ze natuurlijk niet verplaatsen.

Het Louvre kiest voor een semi-chronologische volgorde van de werken van Rafael, maar stapt daar regelmatig even buiten om beter in te gaan om een bepaald thema. Zo vinden we eerst een aantal Madonna’s en helemaal op het eind een fantastische zaal met allemaal portretten. Hier is de rijkdom van de tentoonstelling goed te zien, werken zijn van over de hele wereld gekomen om te laten zien hoe veelzijdig Rafael is als portrettist. Sommige werken zijn heel donker en lijken rechtstreekse voorlopers van de portretkunst in de gouden eeuw, terwijl andere portretten veel klassieker en stijver zijn in de traditie van Leonardo da Vinci.

Ondanks dat het Louvre voornamelijk later werk van Rafael toont, is de tentoonstelling er bijzonder goed in geslaagd om de ontwikkeling van Rafael te laten zien. Het best komt dit naar voren in een machtige zaal waarin Johannes de Doper het middelpunt is. Hier hangen twee schilderijen van Leonardo da Vinci die voor Rafael een inspiratiebron zijn geweest. Tegenover deze werken hangt een schilderij van Rafael. De zaal wordt verder gecompleteerd met een voorbereidende tekening en een schilderij van een Rafael’s atelier. Je ziet in deze zaal dus in 1 blik vijf keer Johannes de Doper en hoe de schilders elkaar beïnvloeden. Een indrukwekkendere zaal qua compositie en kwaliteit van de werken is bijna ondenkbaar.

Rafael - Johannes de Doper
Rafael – Johannes de Doper

Ook in het Louvre is er veel aandacht voor de leerlingen van Rafael, met name Giulio Romano en Gian Francesco Penni worden uitgebreid getoond. Zo hangt een bijzonder ‘karton’ van de hand van Romano dat ruim 2 meter hoog is en ter voorbereiding diende voor een groot werk in de Sint Stefanskerk in Genua. Het is uniek dat dit soort grote levensgrootte kartons zijn bewaard en worden tentoongesteld.

Natuurlijk is het niet eerlijk om de tentoonstellingen in Haarlem en in Parijs met elkaar te vergelijken. Het Louvre bezit talloze schilderijen en tekeningen van de Renaissance meester en kan deze bovendien in combinatie laten zien met andere geweldige kunstenaars zoals Leonardo da Vinci. De tentoonstelling in het Louvre is daardoor vele malen completer en overweldigender. Het is indrukwekkend om echte kartonnen te zien die gebruikte werden te voorbereiding van een fresco en om grootse wandtapijten te zien hangen naast schilderijen en schetsen die ter inspiratie dienden.

Toch is ook de expositie in Haarlem erg de moeite waard. Natuurlijk heeft het Louvre de completere en meer omvattende tekeningen. Maar waar de tekening in het Louvre bijzaak zijn, toont het Teylers museum het belang van de ontwikkeling van Rafael’s tekenkunst. Helaas vond het Teylers museum het ook nodig om twee schilderijen van Rafael naar Nederland te halen. Het gaat om twee werken waarvan in de tentoonstelling verder geen tekeningen worden getoond en hierdoor staan ze een beetje buiten de rest van het werk en onderbreken het verhaal en de sfeer van de tentoonstelling.

Rafael overleed in 1520 op 37 jarige leeftijd in Rome. In zijn korte carriere heeft hij zich weten op te werken tot een van de meest indrukwekkende Renaissance kunstenaars. Wie nog wil genieten van de prachtige tentoonstellingen rondom Rafael moet opschieten. Beide tentoonstellingen zijn nog slechts zeer kort te bezichtigen.

Rafael
Teylers Museum, Haarlem
t/m 6 januari 2013

Rafael – de Laatste Jaren
Louvre, Parijs
t/m 14 januari 2013

2 gedachten over “Naar Rome en verder, Rafael in Haarlem en Parijs”

Geef een reactie

Ontdek meer van KunstVensters

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder

Scroll naar boven