Sinds twee weken is het Amsterdamse Stedelijk Museum weer geopend na een verbouwing van ruim 8 jaar. De bezoekers snuffelen aan het nieuwe gebouw en halen herinneringen op bij stukken die ze nog kennen van vroeger. Er is veel lof voor de wijze waarop de vaste collectie wordt gepresenteerd, maar niemand spreekt over de nieuwe tijdelijke tentoonstellingen. Vensters is blij met de heropening het Stedelijk Museum, maar vraagt zich af, wanneer gaat het spetteren?
Bij binnenkomst in het museum zie je dat de bezoekers nog moeten wennen aan het nieuwe gebouw. ‘Is er een aparte rij voor museumkaarthouders?’ (antwoord: nee), ‘Waar is de garderobe? (antwoord: rechts na binnenkomst) en vooral ‘Hoe gaan die verdomde poortjes open met mijn kaartje?’. Maar als je eenmaal alles gevonden hebt, moet je toegeven dat het prachtig is geworden. De overgang tussen het oude gebouw en het nieuwe gebouw lijkt zo vanzelfsprekend dat het een groot compliment aan de architecten waard is. Ook van buitenaf geeft het witte plastic van de badkuip een moderne en imposante aanblik. Het enig kritiekpuntje is een bijzonder lelijke zwarte laad-los toren pal voor het museum. Als liefhebber van mooie architectuur heb ik dit lompe sta-in-de-weg zorgvuldig buiten de foto gehouden.
M&M: Malevich & Mondriaan
Eenmaal binnen is het genieten van de sterke collectie van het stedelijk museum. De curatoren van de collectie moderne kunst hebben een indrukwekkende opstelling uitgedacht waarbij de werken semi-chronologisch worden gepresenteerd. Het middelpunt van deze collectie wordt gevormd door het duo Mondriaan-Malevich en dat is verfrissend. Waar het standaard museum vaak voor Kandinsky en Picasso kiest om het verhaal van kleur en abstractie te vertellen, is het leuk om te zien dat dezelfde ontwikkelingen kunnen worden getoond aan de hand van andere kunstenaars. Hierbij zijn vooral de Malevich zalen fantastisch. De presentatie van de schilderijen van Malevich doet denken aan de opzet van de tentoonstelling 0.10 uit 1915. Ook de nabij gelegen zaal gewijd aan Malevich’ tekeningen is indrukwekkend, hier zie je de overgang van figuratie naar abstractie voor je ogen gebeuren.

In de rest van de zalen op de begane grond komen vervolgens de andere bekende kunstenaars tot 1960 aan bod en zo komen we toch nog Picasso en Kandinsky tegen. Het brengt ons uiteindelijk naar de Cobra kunstenaars van de jaren 50. Ook hier is slim ingericht en worden schilderijen knap gecombineerd met muurtekeningen in de naastgelegen Karel Appel-bar. De hernieuwde kennismaking in deze opstelling toont de kracht van de collectie opnieuw aan, maar toont ook op pijnlijke wijze de hiaten. Grote afwezige op de begane grond is namelijk het surrealisme, dat een mooi tegenwicht had kunnen geven aan de magisch realisten zoals Charley Toorop en Carel Willink.
Design afdeling vraagt om beter design
De kunstcollectie tot 1960 vult slechts de helft van de begane grond, zodat er ook ruimte is om een groot deel van het museum aan design te besteden. Na de spannende kennismaking met de inrichting van de kunstcollectie, is de design afdeling kortweg een grote tegenvaller. Lompe en volle vitrinekasten geven een overzicht van de ontwikkeling van de design in met name Nederland en Scandinavië. De rijkheid van deze collectie komt slecht tot zijn recht in de huidige opstelling. Een Rietveld stoel staat weggestoken op de onderste plank van een vitrine en mooi Zweeds design meubels moeten vechten om de aandacht naast serviezen en posters. Kort gezegd, er is teveel gepresenteerd op een te kleine ruimte waardoor niks echt opvalt. Het Stedelijk zou eens moeten gaan kijken in het nationale museum van Zweden in Stockholm om een betere presentatie te verwezenlijken.

De rondgang door het Stedelijk vervolgt zich nu op de 1e verdieping, waar de vaste opstelling kunst van na 1960 toont. Eenmaal boven aan de fameuze trap van het museum, loop ik direct een zaal binnen waar een grote groep mensen bovenop een kunstwerk van Carl Andre staat. Heerlijk! Hedendaagse kunst zoals hedendaagse kunst bedoeld is, totale vrijheid en beleving. Op de eerste verdieping is de chronologische indeling dan ook losgelaten en wordt de collectie meer per kunststroming gepresenteerd. Er is hier gekozen voor een mix tussen bekende en minder bekende werken. Zo vinden we hier Kienholz’ the Beanery en Kelly’s Red, Blue, Green I, maar ook minder bekende series van Rineke Dijkstra en Martin Kippenberger.
Het is duidelijk dat er op deze verdieping harde keuzes zijn gemaakt. Zo is er besloten om niet Barnett Newman’s beroemde Who’s affraid of red, yellow and blue te tonen, maar een ander geheel blauw werk van Newman. Opvallend is het dat er in deze zaal constant een suppoost aanwezig is. Verder vinden we indrukwekkend werk van Marlene Dumas dat in zijn kleinheid toch alle ruimte krijgt en daardoor heel sterk wordt. Ook herkennen we beroemde werken van Jeff Koons, Henri Matisse en Sol Lewitt. Toch is het een gemis om te zien hoe weinig aandacht belangrijke stromingen als de Amerikaanse Pop Art en het Hedendaagse realisme in de huidige opstelling wordt toegekend.

Rommelige tentoonstellingen zonder lef
Na een rondgang door het oude gebouw, zijn nu de zalen in het nieuwe gebouw aan de beurt waar op dit moment de tentoonstellingen ‘Beyond Imagination’ en ‘Works in Place’ worden gepresenteerd. De zalen gewijd aan ‘Beyond Imagination’ bieden een dwarsdoorsnede van de huidige Amsterdamse kunstwereld. Het gebrek aan aandacht voor deze tentoonstelling in kranten en websites toont precies het probleem. De tentoonstelling is rommelig, weinig samenhangend en heeft een overvloed aan performances, die op wel zeer beperkte momenten te zien zijn. Al met al schiet de tentoonstelling tekort als openingstentoonstelling van het Stedelijk en zal het weinig opzienbaren in de internationale kunstwereld.
De tentoonstelling ‘Works in Place’ op de kelderverdieping van het nieuwe gebouw is al nauwelijks beter. ‘Works in Place’ onderzoekt het concept ‘ruimte’ door schilderijen, beelden en met name installaties te tonen uit de periode 1950 tot nu. Hiermee is het geheel in ieder geval samenhangender dan de tentoonstelling op de bovenverdieping. Toch schiet de tentoonstelling ernstig tekort in zijn hoofddoel, namelijk het tonen van de mogelijkheden van de nieuwe ondergrondse tentoonstellingszaal. Om alle installaties te laten zien, is de 1100 vierkante meter grote ruimte namelijk in zoveel kleine zaaltjes onderverdeeld dat de grootsheid en impact van de ruimte helemaal wegvalt. Het had dan ook van meer lef getoond als het Stedelijk de tentoonstellingsruimte als een geheel in tact had gelaten om in al zijn grootsheid slechts 1 installatie te tonen.

Verleden en Toekomst
Mijn tocht door het Stedelijk Museum eindigt in de ruim gesorteerde museumwinkel. Bij de kassa liggen de uitgaven van het Stedelijk Museum zelf. Uiteraard zijn er verschillende boeken rondom de vaste collectie van het museum, maar bij de kassa staat ook heel prominent het boek ‘In the pocket’. Deze uitgave staat uitgebreid stil bij de geschiedenis van het museum en is exemplarisch voor de staat van het museum. Het Stedelijk leunt op een roemruchtige geschiedenis van vooruitstrevende tentoonstellingen en excentrieke museumdirecteuren. Nu zal het moeten laten zien dat de toekomst in dit nieuwe gebouw net zo fenomenaal wordt als de geschiedenis.
Het Stedelijk Museum in Amsterdam is dus weer geopend en de vaste kunstcollectie blijft indrukwekkend. Om zijn eigen doelstelling te behalen en weer bij de top van de internationale hedendaagse kunstwereld te horen, zal het museum echter nog een grote inhaalslag moeten maken. Hopelijk kan het Stedelijk museum de komende jaren aantonen dat het nog altijd in staat is om spannende en uitdagende tentoonstellingen te programmeren. Want grote stappen zijn nodig om het museum weer het middelpunt te maken van de actuele internationale kunstscene.
![]() |
/td> |
Rineke Dijkstra heet de dame en ze hoort bij de toppers van vandaag!
Spelfout is verbeterd, inderdaad hoort ze bij de toppers van vandaag. Juist daarom is het leuk dat er een gehele zaal aan haar besteed wordt in het Stedelijk, ondanks dat dit ten koste gaat van bekende werken uit oudere tijden.
oh nu zie ik dit blog pas
ik was er 30 september en heb genoten van de schoonheid van het gebouw.
die wanden met al die affiches….schitterend
de kelder sprak me het minste aan
ik weet nog steeds niet wat er in die stikdonkere ruimte was.
veel verder dan de eerste paar meters kwam ik niet omdat ik met allerlei mensen in botsing kwam.
ben jij er in geweest?
die 3D danser vond ik ook intrigerend….zo subtiel