Canon van de Moderne Kunst: Dix

Otto Dix - Portret van Sylvia von Harden

Canon van de Moderne Kunst – Venster 25
In de Canon van Moderne Kunst geeft Vensters een overzicht van de 50 moderne kunstwerken die iedereen zou moeten kennen. 50 schilderijen, beelden, foto’s, objecten van 50 verschillende artiesten die je nooit meer mag vergeten. Vandaag venster 25: Portret van Sylvia von Harden van Otto Dix.

Otto Dix – Portret van Sylvia von Harden

Halverwege onze Canon van de Moderne Kunst bekijken we naar een schilderij uit 1926 dat werd gemaakt door Otto Dix. Ruim een jaar geleden begonnen we deze canon met een werk van Cezanne, nu zijn we via fauvisme, symbolisme, kubisme, futurisme en suprematisme aanbeland bij een van de uitlopers van het Duitse expressionisme.

In het Duitsland van de jaren 20 waren de hoogtij dagen van het expressionisme voorbij. Die Brucke (Venster 9) en Der Blaue Reiter (Venster 15) waren uit elkaar gevallen en nieuwe avant-gardistische bewegingen staken de kop op. Zo was er een groep kunstenaars die de lessen van het expressionisme wilden toepassen in design en architectuur. Zij richtten de Bauhaus beweging op waarover in latere vensters meer. Maar er was ook een groep kunstenaars die juist de kleuren van het expressionisme in een realitische vorm wilden gieten, zij begonnen de ‘Neue sachlichkeit’ ofwel nieuwe zakelijkheid. Otto Dix was een van hen. Zijn beroemdste werk is bovenstaand portret van een dichteres en journaliste uit de roerige Duitse jaren 20 van de 20e eeuw, Sylvia von Harden. Sylvia von Harden stond symbool voor alles wat de nieuwe Duitse Weimar republiek was. Ze is een intellectuele vrouw, die modebewust het middelpunt vormde van de stedelijke cultuur.

Von Harden was een dichteres die maandelijks ook een literaire column publiceerde. In het schilderij zijn we haar afgebeeld als een soort androgien figuur zonder duidelijke borsten, met grote handen en een monocle. Ze is volledig volgens de laatste mode gekleed en gekapt en drinkt een cocktail met een sigaret in haar hand. Het is een realistisch portret, waarin Von Harden nogal onflatteus is afgebeeld. Bovendien heeft Dix verschillende overdrijvingen toegepast om het beeld van de strenge vrouw te versterken. Dit is onder meer te zien aan de eerder genoemde grote handen en haar verveelde blik.

Het schilderij is symbool geworden voor de Duitse stedelijke cultuur van de jaren 20 en uitgegroeid tot het meest bekende werk van Otto Dix. Herhaaldelijk is het werk dan ook geparodieerd of gebruikt in film en media. Zo wordt het portret gebruikt in de opening van de film Cabaret uit 1972. Deze film gaat ook over de Weimar republiek en speelt in het Berlijn van 1931. Het schilderij past dan ook helemaal binnen dit tijdsbeeld.

Otto Dix – Zelfportret (1913)

Otto Dix kwam in 1891 ter wereld in het Oost-Duitse plaatsje Gera ten zuiden van Leipzig. Hij was de oudste zoon van een ijzergieter, maar kwam al op vroege leeftijd in aanraking met kunst via een neef die schilderde. Zijn interesse was gewekt en daarom trad hij in 1906 als leerling in dienst bij de Duitse schilder Carl Senff. Hij leerde hier vooral landschappen te schilderen. Om verder te groeien als kunstenaar bezocht hij van 1910 de academie voor toegepaste kunst in Dresden. Toen de eerste wereldoorlog uitbrak, meldde Dix zich vrijwillig aan bij het Duitse leger. Hij diende in verschillende bataljons aan zowel het oostfront als het westfront. De oorlog maakte diepe indruk op Dix. Nog jaren zou het last hebben van nachtmerries die hem aan de vreselijke gebeurtenissen zouden herinneren. In 1919 pakte hij zijn studie aan de kunstacademie in Dresden weer op, maar de oorlog liet hem niet los. De gehele jaren 20 zou hij verwijzen naar de oorlog in zijn werk om zijn afschuw van oorlog te laten zien en te waarschuwen voor de verschrikkelijke gevolgen. In deze jaren sloot hij zich aan bij de Dada beweging en werkte hij in onder meer Dusseldorf en Berlijn.

Ondanks dat Dix zich had aangesloten bij de Dada beweging, zou hij nooit de echt typische dada kunst maken. Otto Dix zou bekend worden met een realistische figuratieve stijl die ook wel ‘nieuwe zakelijkheid’ (neue sachlichkeit) wordt genoemd. In de nieuwe zakelijkheid wordt het tempo en de rauwheid van de het dagelijks leven vertaald in realistische kunst met een hoog satirisch gehalte. De mens wordt te kijk gezet in al zijn rauwe lelijkheid. In 1925 werd de eerste ‘neue sachlichkeit’ tentoonstelling georganiseerd in Mannheim. Otto Dix, Georg Grosz en Max Beckman waren hofleveranciers. Toen in 1933 Hitler aan de macht kwam, werd de nieuwe zakelijkheid van Otto Dix ontaard betiteld. Hierdoor verloor Dix zijn positie aan de kunstacademie van Dresden. Tijdens de tweede wereldoorlog ging hij weer landschappen schilderen om zijn positie in nazi-duitsland niet in gevaar te brengen. Ook na de oorlog keerde Dix de nieuwe zakelijkheid de rug toe en ging hij religieuze allegorieën schilderen. Dix overleed in 1969 in het Duitse Singen.

In Nederland zijn prenten van Otto Dix onder meer te zien in het Gemeentemuseum in Den Haag. In het buitenland zijn de grootste collecties van Dix te zien in Stuttgart (Kunstmuseum Stuttgart) en in Chemnitz (Museum Gunzenhauser). Bovenstaand portret is te zien in het Centre Pompidou in Parijs.

Canon van de Moderne Kunst Kunstgeschiedenis Menu Zwartwit.031

Jeroen de Baaij

Jeroen de Baaij (1987) is kunstliefhebber, recensent en hoofdredacteur van KunstVensters online kunstmagazine (www.kunstvensters.com).

Dit vind je misschien ook leuk...

2 reacties

  1. Fenny schreef:

    De film Cabaret is uit 1972 en niet uit 1977, omdat je het allemaal serieus aanpakt dacht ik je beter even te waarschuwen.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: