Het Singer Museum in Laren toont dit najaar het werk van de Nederlandse schilder Jan Sluijters. Als winnaar van de Prix de Rome werd hij door critici uit zijn tijd geroemd om zijn academische kunst, maar verguisd om zijn experimentele werken die hij maakte in het Parijs van 1907. Het Singer biedt een overzicht van een van Nederlands grootste kunstenaars uit het begin van de 20e eeuw. KunstVensters bezocht de tentoonstelling en zocht naar het verhaal achter de kunst.
In 1903 opende in Parijs de nachtclub Bal Tabarin in de Rue Victor-Massé aan de rand van Montmartre. De danszaal groeide binnen korte tijd uit tot een van de meest bezochte nachtclubs in de stad waar ‘Tout Paris’ ging dansen. Ook de kunstenaars behoorden tot de bezoekers van de roemruchtige nachtclub. Uit deze tijd zijn er twee schilderijen bewaard gebleven waarop de nachtclub werd getoond. Een is van Gino Severini en hangt nu in het Museum of Modern Art in New York, de ander is bijna vergeten en werd gemaakt door Jan Sluijters. Dit laatste doek hangt nu op de tentoonstelling in Laren.
Bal Tabarin van Sluijters is het eerste doek op de tentoonstelling en daarmee een geweldige binnenkomer. Het is een overweldigend werk waarin licht de hoofdrol speelt. Bal Tabarin had grote elektrische lampen, uniek voor die tijd en dit moet grote indruk hebben gemaakt op Sluijters. In een mengeling van pointilistische en expressionistrische stijlen weet hij de energie van de dansvloer op het doek te krijgen.
Toen Sluijters het werk maakte was hij voor een paar maanden in Parijs. Een reis die hij kon maken doordat hij de Prix de Rome had gewonnen met zijn klassieke academische werken. In Parijs maakte hij kennis met de post-impressionisten en fauvisten die exposeerden op de Salon des Independents. Deze nieuwe stijlen maakten zo’n indruk op Sluijters, dat hij ook in deze stijl begon te schilderen. Toen de jury van de prix de Rome zijn nieuwe stijl zag in het doek Bal Tabarin, werd zijn toelage echter meteen stop gezet. De jury was van mening dat zijn controversiele werk aanstootgevend of zelf ronduit lelijk was.
Het klinkt tegenstrijdig, in Nederland werd Sluijters werk te controversieel gevonden, maar in het buitenland viel Sluijters nauwelijks op. Tegelijk met Sluijters waren ook andere Nederlandse kunstenaars in Parijs zoals Kees van Dongen en Piet Mondriaan. Hun werken hangen nu in het Museum of Modern Art in New York, terwijl Jan Sluijters vrijwel alleen in Nederland bekendheid geniet. Waarom hangt Sluijters’ Bal Tabarin niet daar tussen de grote namen?
De tentoonstelling in Laren geeft antwoord. De eerste zaal met Sluijters vroege experimentele werk waaronder dus Bal Tabarin is overweldigend. De composities zijn kleurrijk en gedurfd en het plezier en de levenslust spat van de doeken. Maar de kritische bezoeker moet toegeven dat de stijl die Sluijters in 1907 gebruikte, een herhaling was van werken die 10 jaar eerder al door Franse kunstenaars werd gebruikt. Op zich is dat niet erg, de werken van Mondriaan in die tijd waren ook niet wereldschokkend. Maar waar Mondriaan van daaruit zijn eigen stijl ontwikkelde, werd het werk van Sluijters steeds saaier en ingetogener.
Een wandeling door de zalen van de chronologische tentoonstelling leert dat Jan Sluijters voor het realisme koos. Realisme van een braaf soort, want waar Duitse realisten wereldberoemd werden met hun nieuwe zakelijkheid, zou het werk van Jan Sluijters steeds verder op de achtergrond raken. Controversieel was hij allang niet meer en zijn werk werd nauwelijks buiten Nederland tentoongesteld.
Terug naar het Bal Tabarin. Toen het Bal Tabarin in 1903 opende, was het een controversiele nachtclub doordat ze adverteerden met posters waarop negers werden afgebeeld. Het veroorzaakte zo’n rel dat de posters werden vervangen, maar de naam van Bal Tabarin was nu bekend in heel Parijs. Voor jaren beheerste Tabarin het Parijse nachtleven, maar op den duur werd de danszaal gemeengoed en een beetje saai. Langzaam werd Tabarin passe, er kwam een slechte hollywood film en zo veranderde de Tabarin van een vernieuwende nachtclub tot een plek voor iedereen.
Zo loopt de carriere van Jan Sluijters paralel aan het lot van Bal Tabarin, omstreden in het begin en gemeengoed op het eind. De tentoonstelling in Laren is in principe niet verkeerd, maar echt spannend wordt het nergens. Grote werken van Sluijters werden naar Laren gehaald en daar chronologisch opgehangen. Zo ontstaat er een overzicht van zijn werk en de ontwikkeling binnen zijn stijl, allemaal dik in orde. Maar de tentoonstelling mist een verhaal, een nieuwe blik op bekend werk, een verrassend ontmoeting met de kunstenaar, een verhaal over Tabarin!
Jan Sluijters
t/m 22-01-2012 in het Singer Laren
8 comments
Zijn inspiratie kwam van VINCE!
Idd werd Sluijters werk met de grond gelijk gemaakt!
kan niet reageren bij IJsland,
was mooi.
Wieb vertelt zelden iets.
Hij was daar.
Je verteld het heel goed, zo goed dat er weinig aan toe te voegen is.:-)
Mooi overzicht heb je er weer van gemaakt. Met plezier gelezen. Binnenkort een bezoek.
Ga er morgen naar toe.
Bedankt voor de inleiding.
Blijft de vraag staan,wie er eerst was,
de kip of het ei?
Wie inspireerde wie?
Van Gogh met zijn Starry starry night dans Paris?
Of Sluijters?
nou deze is eenvoudig na te kijken,Vincent natuurlijk.
Maar hoe zat het in het geval van Federico Zandomeneghi?
Deed hij Toulouse Lautrec na?
Beiden schilderden dezelfde afbeelding nl
Le Moulin de la Galette
Het was Zandomeneghi die Lautrec inspiratie gaf!
Want op het moment dat Federico Le Moulin creerde was
Henri Toulouse Lautrec nog in de puberteit,
slechts 13 winters oud en zeer klein van gestalte.
Een zeer tragisch leven,
hij stierf 16 jaar eerder dan Zandomeneghi!
Op de leeftijd van 37 jaar!
Waarom pikken mensen dingen,woorden en manieren van anderen?
handig voor mijn presentatie, Top!