In de verte de drukte rond de piramide van het Louvre, de zon hoog aan de hemel, een prachtige dag… Na een tijdje op bank te hebben gezeten in de Tuilerieën, valt mijn oog op een ander museum, het museum voor Decoratieve Kunsten. Een museum waar ik natuurlijk weer de Art Deco stijl tegenkom, maar nog zoveel meer! En het leuke is dat het museum je inlevingsvermogen prikkelt met een frisse presentatie.
In het immense gebouw van het Louvre was nog een ongebruikt hoekje gevonden, waar best nog wat tentoongesteld kon worden. Dus huist in het uiterste punt van de Richelieu vleugel het Museum voor Decoratieve Kunsten. Sinds dit museum heropende na een 10 jaar durende verbouwing biedt dit museum niet alleen ruimte aan 70 zalen met ‘decoratieve kunsten’, maar ook aan de zalen van het Museum voor Textiel en Mode en het Museum van de Publiciteit.
Het gevaar in de opzet van musea voor decoratieve kunsten schuilt hem in de verzadiging van de bezoeker, als de zalen gevuld worden met rijen stoelen of kasten vol met servies. Een enkele ludieke bezoeker zal in gedachte nog zijn huis inrichten met het geëxposeerde goed, alsof hij door de IKEA loopt. Maar menig bezoeker heeft dan na twee zalen zijn aandacht al verloren. Het Musée des Arts Décoratives was dit zich bewust en kiest daarom voor een andere presentatiewijze.
Je loopt chronologisch door de geschiedenis heen vanaf de Middeleeuwen tot aan nu. In de eerste zalen zien we prachtige meubels uit de Middeleeuwen en het prettige is dat de zalen zijn aangekleed met schilderijen, reliëfs en wandtapijten. Hierdoor ontstaat een zeer afwisselende expositie bestaande uit meubels, schilderijen, beelden en glaswerk.
Ook in de latere tijdsperioden worden de zalen op deze manier ingericht. In iedere tijdsperiode zijn er zelfs enkele zalen helemaal ingericht. Dan is het behang, de vloer, het tapijt en soms zelfs een plafondschildering in dezelfde stijl. De kamer vormt dan één geheel. Soms zijn hele kamers en inrichtingen hier naartoe gehaald, soms zijn dingen gecombineerd. Hierdoor ontstaat niet alleen afwisseling, maar ook een veel beter voorstellingsvermogen van het gebruik van de meubels en voorwerpen.
Je waant je één ogenblik honderden jaren in het verleden. Maar er zijn ook enkele recentere zalen in bijvoorbeeld Art Nouveau en Art Deco stijl. Het museum beschikt namelijk niet alleen een uitgebreide collectie middeleeuwse en classicistische voorwerpen, maar ook een zeer grote collectie Art Deco en Art Nouveau. Alleen de topstukken uit alle perioden worden getoond, waardoor er geen over-kill ontstaat.
Als je twee lange verdieping vol decoratieve kunst hebt gehad, laat je de Art Deco-periode achter je en neem je de lift de toren in, naar de negende verdieping. Je komt dan in een kleine zaal met jaren 40 meubels, vervolgens moet je steeds 1 verdieping omlaag om in het volgende decennium terecht te komen. Helaas, heeft de tentoonstelling nu wel de neiging om gewoon stoelen en vazen op een rij te zetten. De frisheid van presentatie is nu dan ook verdwenen.
In hetzelfde gebouw en op hetzelfde kaartje kan ook het Musée de la Mode et textile en het Musée de la Publicité bezocht worden. Deze twee musea hebben echter maar heel beperkt de ruimte. Hierdoor krijg je maar een schim te zien van de werkelijke collectie. Als er een tijdelijke tentoonstelling is, wordt zelfde permanente collectie geheel opzij gezet. Beide musea komen in deze setting dus niet tot hun recht. Dit is erg zonde omdat beide toch een mooie collectie bezitten.
Het museum voor Decoratieve Kunsten is een prachtig museum, dat vaak ook bijzondere tentoonstellingen heeft. Zo is er op dit moment een tentoonstelling over de decoratieve kunsten aan het keizerlijke hof van Napoleon. Dus de volgende keer als je net uit het Louvre komt, ga nog eens een deurtje verder en laat je verassen. Daarna kan je altijd nog in de Tuilerieën in het zonnetje gaan zitten, dat heb ik ook gedaan!
le Musée des Arts Decoratives
Rue Rivoli 107, Metro Palais Royal
![]() |
0 reacties op “Meer dan stoelen alleen (les Musées)”